"Een hart onder de riem steken"

"Een hart onder de riem steken"

Laatst kreeg ik van iemand een berichtje: “Een berichtje van mij. Om je voor morgen een hart onder de riem te steken”. Ik gebruik die uitdrukking zelf nooit, omdat ik altijd twijfel. Is het nu een hart onder de riem of een riem onder het hart steken? En hoe zit dat dan met dat hart en die riem. Ik kan het me nooit goed voorstellen. Beetje rare plek toch voor je hart?  

Het genootschap onze taal biedt uitkomst: beide zijn goed. Ze betekenen allebei: “iemand moed inspreken”. En - en daar maakt mijn hart een vreugdesprong - er staat een uitleg over het hart en de riem! Een uitleg uit vroeger tijden. “Als een soldaat onder zijn riem, waarmee de band wordt bedoeld die schuin over zijn borst  loopt, geen hart, geen moed heeft, is hij een lafaard. Bij zo iemand moet er dus wat hart/moed onder de riem gestoken worden. Het hart (de moed) wordt zo bezien dus “in het lichaam gestopt” van degene die er gebrek aan heeft.

Eindelijk snap ik het, kan ik het voor me zien, echt zo’n aha-erlebnis. En tegelijk dringt zich dan natuurlijk de volgende vraag op. Maar die “riem onder het hart dan?” En dat antwoord staat meteen in de volgende alinea: “…deze uitdrukking is later ontstaan, onder invloed van ‘het hart (de moed) zonk hem in de schoenen’. De riem werd nu opgevat als een band die men om de middel draagt. Wie iemand een riem onder het hart steekt, zorgt ervoor dat het hart/de moed hem niet in de schoenen kan zakken.” Geniaal toch?

Mocht je af en toe het contact met je eigen hart verliezen. Onze taal laat ons weten dat het hart toch echt veel meer is dan een grote spier die bloed rondpompt:

Waar het hart van vol is. Je hart open stellen. Een gesloten hart hebben. Met bloedend hart. Hartepijn. Hartelijk of harteloos zijn. Hartverwarmend, hartverscheurend. In hart en nieren. Je hart uitstorten. Mijn hart klopt in mijn keel. Een klein hartje hebben. Uit het oog uit het hart. Zijn hart staat in lichterlaaie. Je hart verliezen. Dat doet je hart eer aan. Zijn hart opeten. Een hart van goud hebben. Het hart op de juiste plaats hebben. Ik hou mijn hart vast. Dat is een pak van mijn hart. Elk hart heeft zijn smart. Mijn hart draait er van om. Van je hart geen moordkuil maken. Een hart in het lijf hebben. Een hart van steen hebben. Het hart zinkt hem in de schoenen. Met hart en ziel. Iemand hart stelen. Geen hart in het lijf hebben. De schrik slaat me om het hart. Op het hart binden. Hartverscheurend. Iets niet over zijn hart kunnen krijgen. Iets op je hart hebben. Iemand een goed hart toedragen. Het hart op de tong hebben. De hand over zijn hart strijken. Ter harte nemen. Hartzeer hebben. Het hart op de rechte plaats hebben. Iets ter harte nemen. Met de hand op het hart. Iets na aan het hart hebben liggen. Je hart luchten. Over je hart strijken. Met de hand op het hart. Iemand iets op het hart drukken. Zijn hart uitstorten. Hart voor de zaak hebben. Hij heeft een groot hart. Heb het hart eens. Het hart hoog dragen. Het hart in de schoenen zinken. Het hart ophalen. Uit het oog, uit het hart. Een hartig woordje spreken. Hardgrondige afkeer hebben. Een gouden hart hebben. Hartelijke groet.

Contactgegevens

Openingstijden

  • Maandag 09:00 - 18:00
  • Dinsdag 09:00 - 20:00
  • Woensdag 09:00 - 18:00
  • Donderdag Gesloten
  • Vrijdag 09:00 - 18:00
  • Zaterdag Open voor cursussen
  • Zondag Gesloten

© 2024 - Praktijk Verhoeff

Creatie & Realisatie door The MindOffice